Evert Akkerman de petroleumventer

Evert Akkerman de petroleumventer.

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Wandel- en Rijwielkaart. (1938)

Wandel- en rijwielkaart. (1938)

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels 1935

Patatautomaat Koninginnelaan

Patatautomaat Koninginnelaan jaren '60

Noodsupermarkt Overhees

Noodsupermarkt Overhees 1976

Bevrijdingsoptocht 1955

Bevrijdingsoptocht 1955; wagen Gymnastiekvereniging Olympia

Menu

De Eigendomweg

Hugo Schaaf

De Eigendomweg was in 1938 nog een ongeplaveide weg, waarvan het gedeelte tussen Nieuweweg en de autosloperij van Luijben in herfst en winter veranderde in een diepe modderpoel, waarin herhaaldelijk auto's bleven steken.
Als men vanaf de Nieuweweg de Eigendomweg insloeg, zag men rechts op de hoek een moderne slagerswinkel, gevolgd door een uitspringend stuk grond, waarop, een meter of 20 vanaf de weg, een ouder, laag huis stond, met voor het huis altijd een paar kinderen, die, heen en weer wiegend, naar de weg staarden.
Na deze flessehals werd de weg breder, met direct rechts een huisje, gevolgd door een akker, die zich een meter of 30 langs de weg strekte.
Bij de nummering van de weg moet men rekening gehouden hebben met toekomstige woningen, net zoals dat het geval was met de oneven zijde van de Bosstraat.

Terug naar de Eigendomweg, waar we nu gekomen zijn aan de huizen 14 en 16, vermoedelijk gebouwd voor 1918, met op nr. 14 het echtpaar Beyen met dochter Fenna en op 16 het echtpaar Luyben met dochter Miesje en zoon Jelle.
Links van het huis van Luyben begon de autosloperij, die in 1948 de grootste van Nederland genoemd werd, met een waarde van 1 miljoen. De sloperij begon aan de straatzijde om een 40, 50 meter achter de huizen naar links en rechts uit te puilen. De meer handzame onderdelen waren aan het begin ondergebracht, waar een ruime keuze was uit honderden stuurwielen, bumpers, spatborden en wat al niet meer. Op de achtergrond torenden bergen chassis boven de huizen uit en waren duidelijk te zien vanaf de Nieuweweg.
Naast de ingang tot de sloperij was een grasveld, gevolgd door een woonhuis met daarachter een zilvervossenfarm; bij gunstige of liever gezegd ongunstige wind was hun aanwezigheid duidelijk te ruiken!

De Eigendomweg versmalde zich nu wat, met rechts een grote boomgaard die doorliep tot het kinderhuis dat volgens een kaart van 20 jaar geleden een nieuwe naam droeg, nl. Zuidereng.
Voor het laatste stuk na de vossenfarm moet ik voor een deel op de kaart vertrouwen, de grond langs dit deel van de weg werd door uitgestrekte boomgaarden in beslag genomen. Zo'n 150 meter na het kinderhuis volgen nog 5 gebouwen, waarvan 3 aan de weg, terwijl hier ook een pad begint dat bijna 300 meter het land ingaat en aan het einde ook een paar gebouwen heeft.
De linkerzijde van de weg was minder bebouwd en begon met een droge greppel en de tuin van de kapperszaak op de hoek van de Nieuweweg. Direct daarop een paar moderne huizen, dan een akker en tegenover nr. 16 een ouder huis of boerderij en dan nog 2 huizen tot de wegversmalling.
Hier begon het beboomde deel van wat op de kaart Eigendomsweg werd genoemd en ook nu nog lijkt die uitspraak, dus met een S, natuurlijker in de mond te liggen.
Ook op de oude kaart zie ik geen huizen meer, tot aan het einde van de weg, waar links op de hoek Tine Lykles woonde met haar ouders en zuster. Juffrouw Lykles was onderwijzeres in de eerste en tweede klas van de lagere school van de v.d. Huchtschool, die in 1938 nog in volle glorie op de Eng prijkte.

Eigendomweg 14.
Naar huidige maatstaven was het huis klein; de meeste vertrekken de helft kleiner dan men nu niet alleen verwacht, maar zelfs eist voor een echtpaar met 1 of 2 kinderen. Toch lukte het nog om 's zomers de voorkamer en twee slaapkamers boven te verhuren aan vakantiegasten, die duidelijk hoogst tevreden waren en graag het volgend jaar terugkwamen.
Dat het huis niet rechthoekig was, lijkt vreemd, maar zal indertijd wel een reden gehad hebben - bijv. niet genoeg geld! De bouw begon met een constructie die ongeveer een vierkant vormde. Aan de straatzij de bevond zich eerst het voortuintje, dan de voorkamer die de gehele breedte van het huis besloeg en die een uitbouw in het midden had, zodat de papegaai een mooi uitzicht had, terwijl er nog ruimte overbleef voor twee stoelen. Op deze manier deden de ramen dienst als een soort televisiescherm waarop verwachte en onverwachte gebeurtenissen en personen verschenen. Achter de voorkamer volgden van links naar rechts een wat kleinere achterkamer, de gang naar keuken en achterdeur, de trap naar boven en de voordeur. Onder de trap was een kelder en daarachter het toilet, nog zonder stromend water. Dit geheel vormde een vierkant, waar vervolgens rechts achter de keuken aangeplakt werd. Deze keuken had weer een uitstulping waar het gasfornuis stond.
De bovenverdieping had aan de voorkant 2 of 3 slaapkamers met daarachter een grote slaapkamer en nog een soort alkoof. Zoals wel meer gedaan werd in woningen met en-suite kamers, verhuisde men ook hier naar de wat intiemere en kleinere achterkamer, als de toen nog "echte" winters in aantocht waren. De op het zuidoosten gelegen voorkamer deed dan bovendien dienst als bufferzone voor de ijzige wind uit het oosten.
Tijdens de zomervakanties werd er ook verhuisd, zodat de betalende gasten de beschikking hadden over de voorkamer. Een paar passen achter de keuken bood een stenen schuurtje plaats aan de fietsen, de wasmachine en het zwarte spul dat de kolenman bracht in de vorm van anthraciet, eierkolen, cokes en tijdens de oorlog zelfs nog turf. Daarachter een zelfgebouwde schuur waar de konijnen huisden, terwijl aan de achterkant van deze schuur nog een paar aparte hokken behuizing gaven aan deze dieren, die gehouden werden voor de prijzen en voor het vlees.

De moestuin naast en achter de schuren eindigde op een langwerpig perceel met vruchtbomen, dat vanaf de Nieuweweg bereikbaar was.
Wanneer het echtpaar Beyen op nummer 14 kwam wonen, is me niet bekend. Oom Piet stierf in 1956 en had al een paar jaar AOW na 32 jaar trouwe dienst als chef-kok bij Hotel Zeiler tegenover het station in Baarn.
Vóór die tijd was hij scheepskok geweest en op een van die reizen nam hij een papegaai mee voor de kleine Fenna.
Dochter Fenna was, wat later "modinette" zou heten en zij trouwde met Henk Brulleman uit Baarn, wiens vader een imkerij had aan de Faas Eliaslaan. Na het huwelijk in 1939 gingen ze in Nijkerk wonen aan de Holkerweg, waar Tante Dien en ik hen eens bezochten; de reis ging per fiets! De datum was 31 juli 1940, net een week na het eerste bombardement op station Amersfoort; op de Soesterweg, die langs het emplacement liep, was nog een sterke brandlucht waar te nemen. Wat Oom Piet's werkkring in Baarn betreft, daarheen ging hij per fiets. Zo tegen een uur of vijf keek Lorre al uit en zodra Oom Piet de hoek om kwam, riep hij verheugd:"Pappa!!". Lorre had, in tegenstelling tot veel van zijn soortgenoten, een zacht en melodieus stemgeluid.
"Koppie Krauw" werd wel gevraagd, maar alleen Oom Piet en Fenna konden dit naar zijn tevredenheid doen. Een andere vorm van contact werd geluidloos gevraagd, wanneer hij met de snavel aan de tralies hing en beide poten naar buiten stak, je mocht hem dan een pootje geven.
Kinderen vonden het leukst zijn "Hip, hip, hoera! ! !" en een enkele keer werd het klapstuk uitgevoerd, dat was: "Lorretje, Kaporretje, Kaporretje, Poe!!!".
Hij moest voor dit alles wel in een goede bui zijn, soms was het mis en keerde hij de toehoorders de rug toe, terwijl hij zachtjes mompelde: "Verrek maar!!!".
Bij warm weer stond hij buiten op de regenton naast de voordeur en was dan een grote attractie voor de kinderen. Na de dood van Oom Piet kwijnde hij weg en fleurde pas op toen hij bij Fenne in huis kwam, waar ook Tante Dien, die inmiddels ziek geworden was, haar laatste dagen doorbracht.

Tot slot moet nog een huisgenoot genoemd worden: de gepensioneerde heer Bokma, doofstom en bijna blind, die omstreeks 1941 bij de familie Beyen in huis kwam. Ondanks zijn handicap had hij zich opgewerkt tot boekhouder, hij had in het buitenland gereisd en leek, naar een schilderij van een zeilschip te oordelen, ook talent voor schilderen te bezitten. Een gesprek met hem voeren was niet mogelijk; alleen korte mededelingen werden in zijn hand "geschreven" .
Hij hield dan zijn hand dicht bij zijn ogen en je moest dan met de wijsvinger de woorden schrijven. Gelukkig was er een andere contactmogelijkheid: hij kon goed dammen en van de vele partijtjes die we speelden heb ik er niet een kunnen winnen.
Na 1958 brak ook voor de Eigendomweg de tijd van de grote veranderingen aan en het valt 37 jaar later moeilijk om nr. 14 terug te vinden.

 

Contact

Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest




De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.

Word lid

Lid worden van de Historische Vereniging Soest-Soesterberg.

Lid worden

Sponsor

Historische Vereniging Soest / Soesterberg is mede mogelijk gemaakt door:

Reto