Evert Akkerman de petroleumventer

Evert Akkerman de petroleumventer.

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Wandel- en Rijwielkaart. (1938)

Wandel- en rijwielkaart. (1938)

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels 1935

Patatautomaat Koninginnelaan

Patatautomaat Koninginnelaan jaren '60

Noodsupermarkt Overhees

Noodsupermarkt Overhees 1976

Bevrijdingsoptocht 1955

Bevrijdingsoptocht 1955; wagen Gymnastiekvereniging Olympia

Menu

Theunis de Kruijf

Ton Hartman en Henk Valkenet

Theunis de Kruijf (de naam wordt ook vaak als de Kruijff geschreven) is geboren in Amsterdam en hoogstwaarschijnlijk op 18 maart 1777 als Anthonius de Kruijff te Nieuwer Amstel gedoopt.

Theunis is rond 1800 als scheepsdokter of leerling chirurgijn aangemonsterd op een schip dat naar de kolonie Nederlands Oost-Indië zou gaan. Het waren roerige tijden in Europa: Napoleon had de macht gegrepen in Frankrijk en Nederland was inmiddels een vazalstaat van dat Frankrijk geworden. Daarmee was Nederland dus ook in oorlog met Engeland en had de overtocht naar Oost-Indië een extra dimensie gekregen. De geplande reis verliep anders: in Het Kanaal werd het schip door de Engelsen opgebracht en naar Engeland gebracht. Tijdens zijn gedwongen verblijf in Londen heeft Theunis zijn partner AnnAusten(1780- 1869) leren kennen en is er mogelijk getrouwd. Na zijn vrijlating komt het echtpaar naar Nederland en vindt in LarenNHhun emplooi. Theunis wordt daar aangesteld als chirurgijn en houdt zich onder andere bezig met vaccinaties tegen de pokken. Het echtpaar De Kruijf-Austen krijgt vier kinderen die in Laren worden geboren. Eind 1813 vestigt Theunis zich met zijn gezin in Soest. Naast chirurgijn is hij ook heelmeester en verstrekt hij medicijnen. Na de verhuizing naar Soest in 1813 worden er nog drie kinderen geboren. Voor Soest is zijn komst van belang; ds. J.J. Bos schrijft in zijn manuscript:"dat er voor dien tijd in Soest geene goede medicijnen te verkrijgen waren".

In 1818 worden op initiatief van Prinses Anna Paulowna (de echtgenote van de latere Koning WillemII)een "Commissie van Weldadigheid" in Baarn en een in Soest opgericht. De voornaamste werkzaamheden van de Commissie bestaan uit het verzorgen van de misdeelden en de armen. De verzorging bestaat onder meer uit het verschaffen van werk, verstrekking van voedsel en het geven van medische zorg. De hulp van de heelmeester is ook in de instructie opgenomen. Hij moet alle behoeftigen die daarvoor in aanmerking komen, zieke en gekwetste personen behandelen. Arme kinderen moeten door hem worden gevaccineerd. Zonder een inentingsbewijs mogen die kinderen namelijk niet naar school.

Voor elke door hem behandelde patiënt ontvangt de heelmeester een door de Commissie vastgesteld geldbedrag. En dat heeft Theunis geen windeieren gelegd. Hij krijgt vanuit de Commissie een toelage van 350 gulden per jaar, en dat is duidelijk bovenmodaal. Bovenstaande gegevens zijn ontleend aan een summiere levensbeschrijving, opgesteld door wijlen de heren F.G.W. de Wit, J. Zwart en Antoon Tammer (allen nazaten van Theunis de Kruijf en AnneAusten). Zij hebben onder meer gebruik gemaakt van de eerder genoemde manuscripten van dominee Bos. Deze heeft ook wat praktijkgevallen beschreven, waarin buitengewone bijstand door de Commissie gegeven werd. Zo kreeg de zoon van Dorresteijn die uit een boom gevallen was, geneeskundige hulp van De Kruyf. Er werd een bedrag van acht gulden gespendeerd, maar dat ging volgens De Kruijf al op aan brandewijn. In de zomer van 1825 bemerkte Theunis dat een meisje uit Soesterberg, dat door haar ouders en familie voor stom gehouden was, toch kon praten. Hij was bij het meisje geroepen vanwege een 'accident' aan haar arm. Vanaf die tijd kreeg ze privaat onderwijs. Een meisje met cataract (staar) kon niet door heelmeester De Kruijf geholpen worden; zij werd door de Commissie naar oculist Willem Mensert in Amsterdam verwezen en met succes behandeld.

In Laren (NH) wordt Theunis opgevolgd door Jan Hanau (1763-1847), maar ook Theunis blijft daar actief. De staatsraad gouverneur van Noord-Holland waarschuwt in de zomer van 1824 de schout van Laren dat de term 'naburige gemeenten' wel erg ruim genomen wordt. Dat De Kruijf in "Baren en Eemnes" vaccinaties verricht is niet zijn probleem, maar wat in Laren gebeurt valt onder hetresortAmsterdam en daar is Jan Hanau verantwoordelijk voor.

In de vergadering van 30 juli 1821 buigt de gemeenteraad van Soest zich over Theunis deKrugEr zijn problemen met de gemeentelijke toelage. Dit probleem blijft latent aanwezig want in de raadsnotulen van 13 december 1824 wordt een verzoek van Theunis behandeld: hij verzoekt verhoging van zijn jaarlijkse traktement van 50 gulden naar 100 gulden. De gemeenteraad wijst deze verhoging af omdat "vijftig gulden is een genoegzame beloning voor de waarneming van voorschreven functie". Alsof het koehandel is verzoekt Theunis opnieuw om verhoging, alleen geen verdubbeling. Nu beperkt hij zich tot een bedrag van 75 gulden. De gemeenteraad, bijeen op 10 januari 1825 in De Drie Ringen, vindt dit billijk en het verzoek wordt toegewezen.

Op de volgende gemeenteraadsvergadering van 9 mei 1825 staat Theunis de Kruijf weer centraal, en zeker in positieve zin. Hem wordt de erepenning uitgereikt vanwege de vaccinatie van kinderen in 1821. De notulist is helaas nogal kort van stof zodat er geen details zijn overgeleverd. Nader onderzoek via Wikipedia leert dat het om de koepokinenting gaat, Koning Willem I stelt een gouden Medaille voor Koepokkenvaccinatie in voor 50 inentingen bij kinderen.

Dominee Bos heeft nog veel meer geschreven over Theunis de Kruijf, niet altijd even positief. Netals bij de gemeente was het salaris dat hij van de Commissie ontving vaak een twistpunt. Bovendien gaven de kosten van de medicijnen ook reden tot discussie; sommige dingen veranderen nooit. In augustus 1826 kwamen de Commissie enkele klachten terore. Prinses Anna gelastte een onderzoek of Meester de Kruijf ongenoegzame kennis der medicijnen zou hebben en daardoor twee personen waren overleden en of hij zich schuldig zou maken aan buitensporig gebruik van sterke drank. De Commissie achtte zich in het eerste onbevoegd te oordelen, maar heeft hem in niet genoegzame'exactitude'berispt. Betreffende het drankmisbruik hadden de klachten de commissie wel bereikt, maar daar werd niet te zwaar aan getild. Wel heeft de Commissie aan Theunis geadviseerd vaker de hulp van Dr. Rijckse uit Amersfoort in te roepen. Vermoedelijk heeft hofarts Everard bij het prinselijk paar toch op ontslag aangedrongen en kreeg De Kruijf nog twee jaar een pensioen van 100 gulden.

Opvallend is dat er in de gemeenteraadsnotulen van Soest geen enkel woord geschreven is over deze kwestie, ook kon hij ongestoord verder functioneren als plattelands heelmeester. Uit de notulen valt wel te herleiden dat drankmisbruik een vrij algemeen probleem was, tappers worden erop gewezen dat ook zij verantwoordelijk zijn. Maar betreffende Theunis de Kruijf, zal er toch kinnesinne geweest zijn met de hofarts?

Op 14 juni 1849, 's middags om drie uur, overlijdt Theunis in zijn woning aan het Dorpsvoetpad in Middelwijk. Deze woning bestaat nog steeds en heeft nu als adres Kerkpad ZZ 10, een mooi rietgedekt huis.

In de notulen van de gemeenteraadsvergaderingen van Soest in de periode 1823-1851 komt de naam van Theunis niet meer voor; die van zijn weduwe wel. Op de vergadering van 30 juli 1849 wordt het verzoek van haar "om ondersteuning in haar behoeftige omstandigheid" behandeld. Dat wordt afgewezen. Enige tijd later, 24 maart 1851, verzoekt zij vanwege haar hoge leeftijd in een rekest om vergoeding van pensionkosten van 20 gulden per jaar; dit wordt wel toegewezen voor één jaar.

Theunis en Ann de Kruijf hebben zeven kinderen gekregen. Oudste dochter Clara (1805-1865) wordt al jong moeder van zoon Jakob (1825-1852). Veertien jaar later huwt ze met Bernardus Valkenet en wordt daarmee de stammoeder van de familie Valkenet in Soest. Zoon Cornelis (1807-?) overlijdt vermoedelijk op jonge leeftijd. Dochter Margaretha/Grietje (1810-1835), naaister van beroep, blijft ongehuwd. Zoon Jacob (1812-?) trouwt in 1844 in Utrecht met Nielletta van den Borg. Het vijfde kind, zoon Cornelis (1813-1874) kiest voor een leven in dienst van het Rooms-katholieke geloof en wordt pater bij de Orde van de H. Augustinus. Hij wordt bekend als "Vader der Pauselijke Zouaven" en heeft ook meerdere Soester jongens geronseld voor het Zouavenleger. Daarnaast was hij kapelaan in "De Star" in Amsterdam. Jongste zoon Anthonie (1816-1889) is timmerman en vader van een gezin met dertien kinderen. Via zijn dochters en kleindochters zijn de genen ook verspreid in takken van onder andere bekende Soester families: Van den Brink, De Bruin, Van Burgsteden, Dekkers, Dijkhuis, Van den Dijssel, Hilhorst, De Jong, Van Koelen, Kreyne, Steenbeek, Tammer, Westhoff, Zieltjes en Zwart.

Theunis de Kruijf heeft dus zijn sporen in Soest en omgeving nagelaten.

Bronnen;

  • Streek Archief Gooi en Vechtstreek Brieven van de Staatsraad Gouverneur houdende verbod op de uitoefening van de geneeskunst te Laren door de heerKrugheelmeester te Soest Bestand SAGV 050.1 datering 1824 item 381 Hilversum.
  • Gemeente archief Soest: notulen gemeenteraad, stukken betreffende Commissie van Weldadigheid, manuscript Ds. JJ Bos (digitaal in te zien via website www.hvsoest.nl)
  • www.gensdvf.nl
  • Genealogie Valkenet — Valkonet, H.L.M Valkenet, Soest 2014

Contact

Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest




De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.

Word lid

Lid worden van de Historische Vereniging Soest-Soesterberg.

Lid worden

Sponsor

Historische Vereniging Soest / Soesterberg is mede mogelijk gemaakt door:

Reto