Evert Akkerman de petroleumventer

Evert Akkerman de petroleumventer.

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Wandel- en Rijwielkaart. (1938)

Wandel- en rijwielkaart. (1938)

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels 1935

Patatautomaat Koninginnelaan

Patatautomaat Koninginnelaan jaren '60

Noodsupermarkt Overhees

Noodsupermarkt Overhees 1976

Bevrijdingsoptocht 1955

Bevrijdingsoptocht 1955; wagen Gymnastiekvereniging Olympia

Menu

Heen en weer ... Heen en weer ...; de pont van Zwarte Willem ging 40 jaar geleden uit de vaart

Joop Piekema

"Man, ga uit het water, het is levensgevaarlijk, je wordt hartstikke ziek! ..." Ik hoor het mijn vader nog roepen. Ik zat, als kind, bij hem in een roeibootje dat hij bij Zwarte Willem had gehuurd. Het was een heerlijke zomerdag, rond 1955, en we dobberden op de Eem nabij de Kleine Melm. Toch vormde dit vredige tafereeltje niet de jeugdherinnering die mij altijd zou bijblijven. Het was de zwemmer. Hij had zich in het water gewaagd. Water dat stonk naar verrotting en bederf, en zwarter was dan zwart... Zwaar vervuild door de Scheepjeswol Fabrieken in Veenendaal. Met mijn vader's stem nog nagalmend in zijn oren, zag de zwemmer nu ook zélf wel in, hoe onverstandig hij had gehandeld. Zo'n geestesproces noemen we voortschrijdend inzicht. Hij ging meteen het water uit...

Zwarte Willem — zijn eigenlijke naam was Willebrordus van den Heuvel — verhuurde niet alleen roeibootjes. Hij bediende ook de veerpont naar de buren aan de overkant, de gemeente Hoogland. Twintig jaar lang trok hij de pont heen en weer, van 1948 tot 1968. Op 21 april 1947 dient W. van den Heuvel te Soest bij G.S. van Utrecht een verzoek in ter verkrijging van een vergunning tot "het hebben van een pontveer in de Eem aan de Kleine Melm". De Dienst Gemeentewerken van Soest adviseert B&W hierover op 29 juli 1947 in gunstige zin. De adviesnota bevat een technische beschrijving, die interessant genoeg is om volledig weer te geven.
"Door v.d. Heuvel werd tot voor kort een roeibootje gebruikt om aan de Kleine Melm "over te zetten". Thans heeft hij een pont in gebruik, die voortbewogen wordt met een trekkabel. Aan de Soester kant van de Eem is in het water een trapsteigertje gebouwd tegen de beschoeide walkant. Aan de andere zijde van de Eem legt de pont aan, tegen een schuin oplopend steigertje, dat eveneens in het water is uitgebouwd. Tussen beide steigers blijft nog ca 35 meter vaarruimte over. De trekkabel kan door middel van een liertje gelost worden, om de scheepvaart te laten passeren. Via de veerpont is het mogelijk om van de gemeente Soest naar de gemeente Hoogland te komen. Tevens dient de pont om vee over te zetten. Gezien als schakel tussen de Gemeente Soest en Hoogland is de aanwezigheid van deze pont zonder twijfel nuttig". B&W adviseren G.S. dan ook, bij schrijven van 4 augustus 1947, het verzoek van W van den Heuvel in te willigen.

Bij besluit van G.S. d.d. 20 april 1948, 2e afdeling nr 1150/644, wordt aan adressant tot 1 april 1949 vergunning verleend "tot het hebben en tot wederopzegging behouden van een veerpont in de Eem, ter plaatse van de Kleine Melm te Soest, alsmede tot het hebben en tot wederopzegging behouden van een aanlegsteiger aan beide boorden van de Eem te dier plaatse (...)". Aan de beschikking worden een aantal voorwaarden verbonden. Zo moeten de aanlegsteigers in goede staat worden gehouden, moet de pont bij donker langszij tegen de betonbeschoeiing aan de Soester zijde van de Eem worden gemeerd, en dient de pontketting, als de pont niet vaart, steeds gevierd op de bodem van de Eem te liggen. Tenslotte dient de vergunninghouder in januari 1949 een recognitie van f 1,-- aan de provincie Utrecht te betalen — dit is een belasting die moet worden voldaan ter erkenning van een recht, in dit geval het recht dat de provincie heeft met betrekking tot de Eem.

G.S. verlengen, bij beschikking van 24 mei 1949 nr 1399/903, de vergunning per 1 april 1949 voor onbepaalde tijd, onder dezelfde voorwaarden als een jaar eerder.

Natuurvorser Rinke Tolman maakte dankbaar gebruik van de pont. Dat blijkt uit zijn bijdrage voor weekblad "De Spiegel" van 19 mei 1956: "... stonden wij op de los- en laadplaats de Kleine Melm bij 't veerhuis. Fel flonkerden de meanders van de Eem. (...) Sjaan, de struise dochter van Zwarte Willem, de pontjesbaas, wreef binnenshuis de vloeren en meubels glimmend glad en haar wangen bellefleurig rood. Ook dit was het voorjaar. "Ja", zei haar moeder toen, die ons overzette. "Wij zijn met de schoonmaak bezig. Daar staan twee maanden voor". Verbouwereerd antwoordde ik alleen maar: "0". Maar met schrik in mijn hart stelde ik mij tijdens de korte overtocht voor, dat mij zoiets moest overkomen: acht, negen weken te moeten leven in een sfeer van ontreddering en onredelijkheid".

In het tijdschrift "Oud Utrecht" van februari 1964 doet historieschrijver E. Heupers gewag van de pont: "Nog altijd is de Kleine Melm een overzetplaats voor voetgangers en fietsers. Het pontje brengt u voor twintig cent naar de overkant. Op het ogenblik fungeert Willem van den Heuvel of Zwarte Willem als veerman, eigenaar van het oude veerhuis. Op zondagen wordt er druk gebruik van gemaakt daar een gedeelte van de gemeente Hoogland kerkelijk nog onder Soest thuis hoort".

In de Soester Courant van 18 juni 1965 brengt Heupers de pont opnieuw te berde: "Nog altijd is de Nieuwe of Kleine Melm een overzetplaats voor fietsers en voetgangers. Voor ander verkeer is de pont niet geschikt, nog minder de weg die naar Hoogland leidt en door het weiland loopt. Op het ogenblik fungeert Willem van den Heuvel, alom in Soest bekend als "Zwarte Willem" als veerman. Verversingen, wijn en bier worden er nog steeds geschonken in de oude herberg, al zal men er geen nachtlogies meer verstrekken zoals in de tijd van Joffer Bartolotti".

Soms gaat er wat mis. Of beter gezegd: dan is het raak! Onder de kop "pont raakte lek" meldt de Soester Courant van 24 november 1964: "Schipper J.B. voer met zijn schip van 268 ton in de richting Amersfoort. Bij de Kleine Melm kreeg hij moeilijkheden met de schroef van het schip, dat naar de kant afdreef en de pont van de Hooglandse* inwoner W v.d. H. ramde. De pont raakte lek".

Heeft dit de doorslag gegeven? Hoe dan ook, op 24 november 1966 meldt W. van den Heuvel zich op het spreekuur van wethouder Openbare Werken A.P. Hilhorst. Hij geeft daar de volgende boodschap af die keurig in een formulier wordt verwerkt:

Omschrijving:
"Overweegt particulier pontveer Kleine Melm te beëindigen. Is niet meer rendabel, vooral niet nu door de provincie een W A. — verzekering, afgestemd op f 500.000,-- per gebeurtenis wordt geëist. Voortzetting van de exploitatie zou kunnen plaatsvinden als de gemeente 'subsidie' verleent. Van den Heuvel noemde een bedrag van f 25,-- per week".

Toezegging Wethouder:
Zaak op agenda B&W plaatsen. Nader advies directeur Gemeentewerken: Het enige motief voor subsidieverlening zou kunnen zijn het feit, dat van de pont door natuurminnaars vrij veel gebruik wordt gemaakt. Een principe-uitspraak ware te doen. Mocht deze positief luiden, dan kan nog nader worden onderhandeld over de bijdrage van de gemeente.

Nader advies Secretarie-afdeling:
Subsidies dienen alleen te worden verstrekt indien er sprake is van een algemeen belang. Nadere beslissing B&W Afwachten bericht v.d. Heuvel. In de marge is de aantekening geplaatst: "17-06-1968 niets meer gehoord. Dep(oneren)".

Het is niet aan het toeval te wijten dat in de Soester Courant van 23 juli 1968 onder de kop "Met de pont over de Eem" een foto verschijnt van de pont in bedrijf. De bijbehorende tekst luidt als volgt: "In deze tijd van kunstmanen, snelwegen, via- en aquaducten doet het weldadig aan om op een mooie zomerdag, oog in oog te staan met een in bedrijf zijnde ouderwetse veerpont. En wanneer die pont dan ook nog de enige verbinding is tussen de oevers van een echte rivier, waar langs beide zijden de koeien rustig grazend voortgaan, dan zijn alle factoren voor een "echt" Hollands landschap volop aanwezig. Terwijl de pont aan de Grote Melm, als zodanig geen werkelijke openbare dienst meer doet, — alleen de landbouwers met landerijen aan de andere zijde van de Eem maken er gebruik van — vormt de veerpont aan het einde van de Eemstraat, bij het café Willem van den Heuvel een schakel in de alleen voor fietsers en wandelaars aantrekkelijke route naar Hoogland en omgeving".

Weinigen zullen zich op dat moment realiseren dat de pontbaas weldra de leeftijd van 65 jaar zal bereiken. Tijd dus voor de — in die jaren nog bescheiden — AOW-uitkering.

Op 23 augustus 1968 wordt ter gemeentesecretarie een briefje ingeboekt met de navolgende inhoud: "Ondergetekende W v.d. Heuvel Kleine Melm Soest laat hierbij weten dat ik het voornemen heb om het pontveer (de Kleine Melm) wegens de hoge kosten van onderhoud en de toestand van de pont 1 november a.s. op te heffen. Achtend W.v.d. Heuvel, Kleine Melm Soest".
Het ambtelijk advies, aan onderzijde vermeld, luidt: "Op grond van het Provinciaal Utrechts Veren Reglement dient de ondernemer hiervan mededeling te doen aan GS. Dit ware hem mede te delen". B&W besluiten conform op 3 september 1968.

Op 11 september 1968 schrijven B&W aan W v.d. Heuvel:
"Naar aanleiding van uw bovenvermelde brief delen wij u mede, dat de mededeling van de opheffing van uw overzetveer krachtens het Provinciaal Utrechts Verenreglement moet worden gedaan aan Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht. Wij geven u in overweging een zelfde mededeling, zoals u aan ons hebt verzonden, te zenden aan genoemd college".

Op 20 november 1968 wordt ter gemeentesecretarie een schrijven van G.S. ontvangen dat als volgt luidt: "Te uwer informatie delen wij u mede dat wij dezer dagen een brief ontvingen van de heer W. van den Heuvel, Eemweg 4 te Soest, ondernemer van het voetveer tussen Soest en Hoogland over de Eem ter hoogte van de "Kleine Melm", houdende mededeling van de opheffing van voornoemd voetveer met ingang van 1 november jl. 
Het schrijven wordt op 26 november 1968 door B&W voor kennisgeving aangenomen.

Hiermee valt —óók formeel — het doek over de veerpont.

Nog éénmaal wordt Willem van den Heuvel geïnterviewd, waarschijnlijk door journalist G.S.T. van de Poll: het artikel verschijnt in de Soester Courant van 1 november 1968, met als kop "Veerpontje van Willem van den Heuvel voor f 300,-- te koop". De bijgeplaatste foto is op dezelfde dag gemaakt als die, welke we eerder tegenkwamen in de SC van 23 juli 1968 — sterker nog, we zien op de pont dezelfde mensen staan!
Het woord is aan de gewezen pontbaas: "Ik heb het nu twintig jaar gedaan, nu wil ik eindelijk eens een beetje tijd voor mezelf hebben". De journalist neemt het vervolgens van hem over: "Het vaartuigje ligt nu voorgoed aan de ketting, tenzij iemand bereid is, het voor f 300,- van hem over te nemen. Die kans is echter niet groot. Het pontje begint diverse ouderdomsverschijnselen te vertonen en was eigenlijk allang aan vervanging toe, maar van gemeentezijde voelde men er weinig voor om ter wille van de historie dit stukje folklore in ere te houden. En voor Willem van de Heuvel was het niet lonend meer. Een kwartje per mens of beest vroeg hij de laatste jaren, wat hem wel een redelijk aantal kwartjes opleverde maar niet voldoende om bijvoorbeeld het nog niet zo lang geleden ontstane gat in het bootje anders dan provisorisch te dichten.
v.d. Heuvel: "Vaak was het hier zo druk, dat ik niet eens de tijd kreeg om me te scheren".
Journalist: "Voor hij het pontje in gebruik nam, zette hij mens en dier per roeibootje over, niet om er wat aan te verdienen, maar alleen om de gemeenschap van dienst te zijn. Die taak vervult vanaf vandaag alleen zijn café nog".
V.d. Heuvel: "De meeste mensen hebben tegenwoordig toch een auto. Zij kunnen het best zonder veer stellen".
Journalist: "Twee keer is het pontje in het verleden op de bodem van de niet al te reine Eem terechtgekomen na een aanvaring met een schip. De bergingskosten waren voor de heer Van den Heuvel. Uit zijn portemonnee moesten ook nieuwe kabels betaald worden".
V.d. Heuvel: "Nee, ik doe het niet meer, en de gemeente kennelijk ook niet, want op een verzoek om subsidie is de gemeente nooit ingegaan".
Journalist: "Willem van den Heuvel weet zich nog wel tijden te herinneren dat het oversteken allerminst een aangename bezigheid was. In tijden, dat het water erg laag stond, haalde de pont vaak de overkant niet eens. Dan moest men verder over een plank".
v.d. Heuvel: "Dat is nu allemaal verleden tijd. Ik hoef nu niet meer door weer en wind de Eem over en word ook niet meer uit m'n bed gehaald".

De "natuurminnaars" hebben er 40 jaar op moeten wachten. Er is lang over gesproken. Maar de vaste oeververbinding, de fietsbrug, is er dan toch gekomen. We kunnen nu al spreken van een "oeverloos" succes! Voorspellers durven het zelfs aan om te zeggen dat de brug, tengevolge van regelmatig terugkerende verkeersopstoppingen, al spoedig verbreed zal moeten worden! Genealogie: Willebrordus van den Heuvel werd op 4 augustus 1903 in Hoogland geboren. Zijn vader was Wilhelmus van den Heuvel, geboren 11 maart 1862 te Hoogland; zijn moeder Klasina Brouwer, geboren 31 maart 1863 te Leusden. In 1928 vestigde hij zich, komende van Hoogland, op het adres Eemweg 4 te Soest, beter bekend als het veerhuis 'de Kleine Me1m', waar hij het café overnam van 'tapper' Reijer van den Hoef. Daar is hij, met zijn gezin, zijn verdere leven blijven wonen. Hij trad op 28 september 1932 te Soest in het huwelijk met Maria Cornelia Allegonda de Haas, geboren te IJsselsteinop 29 oktober 1905. Uit het huwelijk werden 3 kinderen geboren. Zijn bijnaam 'Zwarte Willem' heeft hij mogelijk te danken aan het feit dat hij borstelige wenkbrauwen, donker haar en een gebruinde kop had. * Dit moet zijn: 'Soester inwoner'. Door een vergissing zijn woonplaats en geboorteplaats kennelijk verwisseld.

BRONNEN:
ARCHIEF GEMEENTE SOEST 1929-1975, DOSSIERNRS 2305 EN 4066, STUKKEN BETREFFENDE DE VEERPONT OVER DE EEM AAN DE KLEINE MELM, 1947-1949, 1966, 1968.
BEVOLKINGSREGISTERS GEMEENTE SOEST.
ARTIKEL VAN RINKE TOLMAN "WAT STELDEN MAART EN APRIL ONS TELEUR!, VERSCHENEN IN TIJDSCHRIFT "DE SPIEGEL" VAN 19 MEI 1956.
ARTIKEL VAN E. HEUPERS "DE GROTE EN KLEINE MELM TE SOEST'', VERSCHENEN IN TIJDSCHRIFT "OUD UTRECHT" JRG 37NR2, FEBRUARI 1964. SOESTER COURANTEN.

Eerdere publicaties in dit blad over de Kleine Melm: jrg 7 nr 1, jrg 8 nr 4, jrg 9 nr 1, jrg 16 nr 3.

Contact

Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest




De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.

Word lid

Lid worden van de Historische Vereniging Soest-Soesterberg.

Lid worden

Sponsor

Historische Vereniging Soest / Soesterberg is mede mogelijk gemaakt door:

Reto