Evert Akkerman de petroleumventer

Evert Akkerman de petroleumventer.

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Wandel- en Rijwielkaart. (1938)

Wandel- en rijwielkaart. (1938)

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels 1935

Patatautomaat Koninginnelaan

Patatautomaat Koninginnelaan jaren '60

Noodsupermarkt Overhees

Noodsupermarkt Overhees 1976

Bevrijdingsoptocht 1955

Bevrijdingsoptocht 1955; wagen Gymnastiekvereniging Olympia

Menu

Familie Van Roomen uit Soest slot

G.J.M. Derks

door G.J.M. Derks (m.m.v. mw. J. van Kleinwee-van den Dijssel/Werkgroep Genealogie)

Deel 1 De Familie van Roomen in Soest; VZTS winter 1997

4. Op De Grote Melm
De Grote of Oude Melm was vanouds een aparte buurt bewoond door vier à vijf gezinnen. De buurt was van enig aanzien want twee van de panden behoorden blijkens de zogenaamde zettingen van het huisgeld uit het midden van de 17e eeuw tot de grootste huizen van Soest [1]. In vroeger eeuwen moet het er vaak een drukte van belang zijn geweest. Behalve de vestigingsplaats van wat kleine industrie in de vorm van een kalkbranderij was de Grote Melm namelijk een belangrijke overslag-plaats, omdat de Eem voor grotere schepen slechts tot hier goed bevaarbaar was. Er moeten meerdere aanlegkaden zijn geweest, waarvan thans weinig of niets meer is overgebleven.

Aan de Grote Melm ligt al sinds de 17e eeuw een veerpont, waarmee wagens, personen en vee over de Eem gezet kunnen worden. De pont, die overigens niet meer op zijn oorspronkelijke plaats ligt, wordt thans nog gebruikt door de familie Van Roomen, om hun aan de overzijde van het water gelegen land te bereiken. Dit land ligt tegenwoordig op een eiland, dat ontstond toen ruim 15 jaar geleden de Eem werd omgelegd.

Oudere Soesters weten nog wel uit eigen herinnering of uit overlevering dat de omgeving van de Grote Melm 's-winters geregeld onder water stond totdat de Afsluitdijk werd aangelegd. De Grote Melm was weliswaar een natuurlijke hoogte aan de Eem, maar had enige extra bescherming nodig van dijken. Vooral wanneer de wind het water van de Zuiderzee in zuidelijke richting opstuwde, waardoor ook het waterpeil van de Eem sterk steeg, kon de situatie hachelijk worden. De bewoners bewaakten zelf in tijden van gevaar bij toerbeurt deze dijken. Als de polder onder was gelopen, moest de melk per boot naar de Brink worden gebracht! De verbintenis van de Van Roomen's met de Grote Melm te Soest dateert al van 1788. In dat jaar kocht Peter Willemsz van Roomen samen met Wouter Hendriksz Butselaar van de erven Van Erkelens-Van Muijlwijk de boerderij genaamd de Grote Melm, alsmede het veerhuis, de kalkoven en de kalk- en turfschuren. In het daaropvolgende jaar verdeelden Butselaar en Van Roomen onderling de aangekochte goederen. Wouter Butselaar kreeg het veerhuis en Peter van Roomen de boerderij (bestaande uit twee huizen, twee bergen en schuren), de kalkoven en de kalk- en turfschuren. Wouter Butselaar bewoonde al voor de aankoop het veerhuis, waarin tevens een herberg was gevestigd [2] .

De Van Roomen's waren boeren en zullen de opstallen van de kalkbranderij vermoedelijk dan ook al snel hebben verkocht en de erbij horende grond in erfpacht hebben uitgegeven. In januari 1852 echter, kocht Peter van Roomen voor 600 gulden de kalkbranderij terug van Gerrit Nieuwland, koopman te Amersfoort. Ook de erfpacht werd toen beëindigd [3] .

In het navolgende worden vijf generaties Van Roomen's behandeld, die achtereenvolgens de boerderij op de Grote Melm hebben bewoond.

a. Peter van Roomen (1748-1831) x Rijkje van den Breemer
Peter, of ook wel, Pieter van Roomen trouwde in 1778 met Rijkje van den Breemer. In 1773, dus nog voor zijn huwelijk, werd hij al vermeld als deken van het Kleine of St. Annagild. In 1779 vertrok Peter met zijn vrouw naar de Hoge Vuursche onder Baarn, waar zij een tiental jaren zouden blijven wonen [4] . Daarna keerden zij terug naar Soest om te gaan boeren op het aangekochte complex op de Grote Melm. Rijkje overleed er in 1823; Peter in 1831.

Peter en Rijkje kregen samen negen kinderen, waarvan de oudste vijf in De Vuursche werden geboren en de jongste vier op de Grote Melm te Soest. Minstens vijf werden er volwassen, waaronder drie dochters en twee zoons.

De oudste dochter was Teunisje van Roomen (1780-1865). Zij trouwde in 1804 met Gerbrand van 't Klooster (1775-1860) en werd o.a. de stammoeder van de Hooglandse Van 't Kloosters. Zij boerden in Hoogland op Hogerhorst en Breevoort, maar woonden later aan het Kerkpad te Soest. Nu staat daar villa Carolina (Kerkpad Nz 35) van de heer De Bree.

De tweede dochter was Jannetje van Roomen (1785-1853), in 1809 getrouwd met haar achterneef Jan Schimmel (1784-1857), landbouwer te Baarn. Over eventuele nakomelingen is nog weinig of niets bekend.

De derde en jongste dochter was Trijntje van Roomen (1797-1871). Zij trouwde in 1826 met Hendrik van 't Klooster (1796-1849), afkomstig van de boerderij 't Klooster aan de Eemstraat. Hendrik en Trijntje boerden aan het Kerkpad, thans de boerderij van Peter Kuijer, Kerkpad ZZ 17.

Van twee zoons is nageslacht bekend. De oudste daarvan was Pieter van Roomen (1789-1856); deze volgde zijn vader op als boer op de Grote Melm (zie hierna). De jongste, Teunis van Roomen (1792-1866), was aanvankelijk landbouwer en winkelier te Soest, maar vertrok naar Hamersveld-Leusden en werd onder meer de stamvader van de Van Roomen's aldaar. Omdat diverse van zijn nakomelingen weer in Soest (Korte Brinkweg en de Birkt) terecht kwamen, wordt verderop ook aan deze tak de nodige aandacht geschonken.

Er waren voorts drie zoons die de naam Wilhelmus kregen, naar de grootvader van vaderszijde. De oudste twee daarvan zijn ongetwijfeld jong gestorven; waarschijnlijk geldt dat ook voor de jongste, maar daarvoor zijn geen bewijzen.

b. Pieter van Roomen (1789-1856) x Antje van Logtensteijn
Na het huwelijk van zijn jongste zuster Trijntje in 1826 was Pieter van Roomen alleen met zijn vader op de Grote Melm overgebleven. Nog in datzelfde jaar trouwde Pieter met Antje van Logtensteijn. Antje was de jongste dochter van Helmus van Logtensteijn, landbouwer aan het Kerkpad (thans ZZ 3). Uit de nalatenschap van zijn ouders ontving Pieter de helft van de boerderij op de Grote Melm; de andere helft kocht hij in 1838 van zijn zuster Trijntje, die blijkbaar ook een helft had toebedeeld gekregen.

In 1836 zagen Pieter van Roomen en buurman Hendrik Butselaar kans om de eveneens op de Grote Melm gelegen grote boerderij van de familie De Beer te kopen. Later werd deze boerderij geheel eigendom van de familie Butselaar. Net als zijn vader was Pieter actief in het Kleine of St. Annagild; in 1851 was hij raadslid van dit gilde.

Uit het huwelijk van Pieter en Antje werden twee zoons en twee dochters geboren; alleen de oudste zoon (Willem) en oudste dochter (Nelletje) werden volwassen. Na het huwelijk van zoon Willem (1827-1899) in 1856 vertrokken Pieter en Antje met hun dochter Nelletje (1834-1906) naar een boerderij aan de Korte Brinkweg (thans nr 51).Deze boerderij hadden zij in 1853 gekocht van de heer W.J. Heijink. Pieter overleed enkele maanden na de verhuizing. Moeder en dochter zullen de boerderij met behulp van de nodige knechten en meiden draaiende hebben gehouden.

Na het overlijden van moeder Antje in 1862 verdeelden Willem en zijn zuster Nelletje de nalatenschap van hun overleden ouders. Willem kreeg de boerderij op de Grote Melm; Nelletje de boerderij aan de Korte Brinkweg [5]

Nelletje trouwde in 1863 met Frans Kuijper jr (1839-1912), één van de zonen van de in Soest bekende en zeer geliefde dokter Frans Kuijper (1808-1878). Het was de bedoeling dat Frans jr, net als zijn vader en drie van zijn broers, zich in het medische vak zou gaan bekwamen. Zijn studie schijnt echter op niets te zijn uitgelopen. Het boerenbedrijf, dat hij kende van de familie van zijn moederszijde, trok meer. Frans en Nelletje woonden aanvankelijk aan de Korte Brinkweg, maar verhuisden al snei naarde boerderij aan het Kerkpad Nz 37,thans bewoond door hun achterkleinzoon P.Th. Kuijper. Frans Kuijper was later wethouder en ambtenaar van de burgerlijke stand. In 1908 liet hij naast de boerderij een woonhuis bouwen (Kerkpad Nz 39) voor zichzelf en zijn ongetrouwde zoon Frans en dochter Trijn. Na zijn dood werd een straat naar hem vernoemd, namelijk de huidige F.C. Kuijperstraat. 

c. Willem van Roomen (1827-1899) x1 Maria Hilhorst x2 Aaltje van Roomen
Willem van Roomen nam in 1856 de boerderij op de Grote Melm van zijn ouders over. In dat jaar trouwde hij met Maria Hilhorst (1825-1892), afkomstig van de boerderij Het Derde Erf in de Birkt. Haar vader was de legendarische Pieter Jansen Hilhorst, alias "de gouden-tientjesboer".

Van het gezin van Willem en Maria zijn enkele zeer oude foto's bewaard gebleven. De omstreeks 1865 gemaakte foto's behoren tot de oudste in Soest en zijn vermoedelijk genomen door de Soester schilder en fotograaf Jan Ebbenhorst.

Het gezin omvatte twee kinderen, namelijk Antje (1857) en Piet (1863). Vijf andere kinderen zijn jong overleden. Antje van Roomen trouwde in 1881 met Peter Kuijer. Dit echtpaar boerde op het erf Bleijendaal aan het Kerkpad Zz 99. Na het overlijden van haar man hertrouwde Antje met haar achterneef Cornelis van den Bree- mer, in Soest beter bekend als Kees van Mart. Antje overleed in 1927. Kees overleefde zijn vrouw ruim 27 jaar en woonde lang met zijn dochter Martje aan het Kerkpad NZ 41.

Na het huwelijk van zoon Piet in 1886 vertrokken Willem en Maria naar een boerderij aan de (Korte) Brinkweg, vermoedelijk het pand waar later Teus van Roomen woonde of een pand in de onmiddellijke nabijheid daarvan. Maria Hilhorst overleed er in 1892. Na haar overlijden werd de boedel gescheiden, waarbij de boerderij op de Grote Melm werd toebedeeld aan zoon Piet [6] .

Een jaar later hertrouwde Willem met de dienstbode: Aaltje van Roomen (1863- 1945),de jongste dochter van zijn gelijknamige neef uit Hamersveld, Willem was toen reeds 65 jaar oud. Niet alle familieleden waren even blij met dit tweede huwelijk. De beide kinderen uit zijn eerste huwelijk waren al weer enkele jaren getrouwd, hadden zelf kinderen en zaten niet te wachten op eventuele nieuwe broers en zusters met wie zij later de erfenis zouden moeten delen.

Ondanks Willems gevorderde leeftijd werden uit zijn tweede huwelijk nog twee kinderen geboren,namelijk dochter Anna Maria (1894) en zoon Wilhelmus (1895). De laatste werd ruim een jaar oud. In januari 1899, na bijna zes jaar huwelijk,overleed Willem van Roomen, ruim 71 jaar oud.

Zijn weduwe, Aaltje van Roomen, vertrok in 1900 met haar dochter naar Hilversum, nadat zij in het huwelijk was getreden met Wouter Rademaker, houtkoper aldaar. Vermoedelijk werd de boerderij verkocht aan haar broer Teus van Roomen. Wouter was eerder getrouwd geweest met Jannetje van Roomen (1860-189?), een nicht van Aaltje uit de Hilversumse tak. Na het overlijden van Wouter in 1919 woonde Aaltje met haar dochter te Laren, waar zij in juni 1945, dus kort na de afloop van de Tweede Wereldoorlog, is overleden. Dochter Anna Maria van Roomen bleef ongehuwd en overleed in 1990 in Laren.

d. Petrus van Roomen (1863-1935) x Cornelia van Hofslot
Piet van Roomen trouwde in 1886 met zijn achternicht Cornelia van Hofslot. Cornelia (Kee) was in 1858 geboren op de in de Birkt gelegen boerderij Hinlopen (thans Birkstraat 111).

Piet van Roomen was behalve boer ook een echte bestuurder. Behalve lid van de Soester gemeenteraad (vanaf 1895 tot na 1905) was hij in 1924 voorzitter van het bestuur van het waterschap Lang Eindsche Maten en lid van het R.K. kerkbestuur en de besturen van de R.K. Bijzondere Scholen te Soest, de R.K. Begrafenisvereeniging Zalig de dooden die in den Heere sterven . Zijn naam is en was op diverse gedenkstenen in gebouwen terug te vinden.

Van de zeven kinderen die uit hun huwelijk werden geboren, stierven er vier op zeer jonge leeftijd. Na het overlijden van de jongste in 1901 heeft de familie een bidprentje laten drukken ter nagedachtenis van de vier kinderen.

Van de overige drie kinderen was dochter Martje van Roomen (1889-1976) de oudste. Zij trouwde in 1912 met Gradus Hartman (1884-1953), landbouwer in de Birkt.

In het najaar van 1920, nam zoon Willem de boerderij over. Piet verhuisde met zijn vrouw en jongste dochter Anna naar de boerderij aan het Kerkpad Nz 47, op de hoek met de (Oude) Raadhuisstraat. Dochter Anna van Roomen (1904-1977) trouwde in 1934 met Arie van den Breemer (1907-1995), die op de boerderij van zijn schoonouders introk. Piet overleed een jaar nadien op 19 december 1935. Kee werd ruim 92 jaar oud en overleed in 1951. Arie van den Breemer was jarenlang een goede vraagbaak voor hen die waren geïnteresseerd in de geschiedenis van de Soester families. Tot aan zijn dood was hij gezegend met een uitstekend geheugen en wist hij de namen te noemen van de op allerhande oude foto's afgebeelde personen.

e. Wilhelmus Gerardus van Roomen (1891-1965) x Margaretha van Logtestijn 

Willem van Roomen trouwde in 1920 met Margaretha van Logtestijn (1896-1978), afkomstig van een nabij de R.K. kerk gelegen boerderij, thans Kerkpad ZZ 3.

In maart 1921 kocht Willem van zijn vader de boerderij op de Grote Melm met ruim veertien hectare land te Soest, ruim drie hectare weiland te Baarn en bijna twee hectare hooiland onder Hoogland [7]. De boerderij was te typeren als een gemengd bedrijf, waarbij de akkerbouw in dienst stond van de veehouderij. Op de deel was stalruimte voor 24 koeien, later - na het verwijderen van de paardestallen - voor 28 beesten. Op het bedrijf waren steeds twee of drie paarden. Ook had men het nodige jongvee, wat varkens en kippen.

Bijzonder was dat de Van Roomen's ook een stier hadden. Veel Soester boeren kwamen voor het bullen met hun koeien naar de Grote Melm. De stier was' net als het jongvee' ondergebracht in een achter de boerderij staande schuur, waarin nog lang het potstal-systeem werd gehanteerd.

Willem en Griet kregen tussen 1920 en 1933 negen kinderen, waarvan er twee zeer jong zijn gestorven. Ook de tweede zoon, Richard (1925), werd niet oud. Hij verongelukte op zondag 17 december 1939. Bij de spoorwegovergang, vlak bij huis, werd hij door een trein geschept.

In mei 1940 bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het gezin naar Noord Holland geëvacueerd, net als de overige gezinnen uit de polder en de aangrenzende straten. De Van Roomen's werden bij enkele families in Enkhuizen onergebracht. Ook het vee moest mee. De koeien werden per boot over de Eem naar Edam verscheept. Toen na een week het vee weer teruggebracht kon worden, kwamen de Soester boeren er bekaaid af. Niemand kreeg zijn eigen koeien terug, terwijl de beste beesten bij de Noord-Hollandse boeren waren achtergebleven ....

Op de Grote Melm bleken na thuiskomst ook vee en allerhande spullen te zijn geroofd. Willem van Roomen deed aangifte van de diefstal van melkbussen, vijf rijwielen en een radiotoestel. Aan vee ontbrak een paard, een schaap en 130 kippen. De hond had, opgesloten in één van de schuren, de evacuatie overleefd.

In de oorlogsperiode zijn ook de schaapskooien (schuren) afgebrand die de families Butzelaar en Van Roomen op hun land aan de overzijde van de Eem hadden staan. Alleen de schuur van de familie Butzelaar werd herbouwd.

De oudste zoon Piet van Roomen (1923-1984) bleef na zijn huwelijk in 1951 met Tine Hilhorst op de Grote Melm wonen. Zijn boerderij (Grote Melmweg 33) was door zijn vader vermoedelijk reeds in 1933 gekocht van Teunis Butzelaar (1886- 1937).

De beide jongste zoons Gerard van Roomen (1932) en Wim van Roomen (1933) bleven op het ouderlijk huis.

5. Van Roomen's op de Korte Brinkweg en in de Birkt

De Van Roomens's van de Korte Brinkweg en in de Birkt stammen af van Willem van Roomen (1833-1891) en Anna Voskuilen, een boerenechtpaar uit HamersveldLeusden. De vader van Willem was Teunis van Roomen (1792-1866), die vanaf de Grote Meim naar Harnersveid was vertrokken.

Willem van Roomen en Anna Voskuilen hadden zes kinderen, waarvan er vijf in Soest woonden of gewoond hebben. Hun oudste dochter was Jannetje van Roomen (1862-1921), in 1907 getrouwd met Piet Hilhorst, alias Piet van Toon en landbouwer op de Staelenhoef, de kaasboerderij in de Birkt. Na diens dood hertrouwde zij in 1910 met Wouter van Logtensteijn en vertrok naar de Vliegensengershoeve aan het Kerkpad Nz. Jannetje overleed op 13 augustus 1921 in het krankzinnigengesticht Voorburg te Vught, waar zij kort tevoren was heengebracht.

De tweede dochter was Aaltje van Roomen (1863-1945), in 1893 getrouwd met Willem van Roomen van de Grote Melm. We kwamen haar al eerder tegen.

De oudste zoon was Teus van Roomen (1865-1956), die in september 1900 met zijn kersverse echtgenote Stijntje Tolboom (1863-1937) aan de Korte Brinkweg kwam wonen. Deze boerderij kochten zij vermoedelijk van zijn zuster Aaltje van Roomen, weduwe van Willem van Roomen.

Teus en Stijntje kregen drie kinderen, namelijk Anna (1901-1990), Wulfert (1903- 1979) en Cillia (1905-1993). Anna bleef ongehuwd en overleed in Den Dolder. Wulfert - of kortweg Wulf - trouwde in 1933 met Antonia van den Bremer, dochter van Peter van den Bremer, de oude kassier van de Boerenleenbank. Wulf en Teun woonden o.a. aan het Kerkpad ZZ en aan de Middelwijkstraat. Wulf bleef ook na;ldat hij op zichzelf was gaan wonen de boerderij van zijn ouders verzorgen en kwam in drukke tijden alleen thuis om te eten en te slapen. Cillia van Roomen trouwde in 1931 met Arie van den Breemer (1903-1963), landbouwer op het Korte End, vroeger Ferdinand Huijcklaan 16. Hun zoon Fried van den Breemer bewoont de boerderij van zijn grootvader, waarvoor later een nieuwe bungalow is gebouwd. (Thans Korte Binkweg 47; vroeger nr. 19).

Stijntje Tolboom werd net als haar schoonzuster enige tijd (vanaf juni 1919) verpleegd in het krankzinnigengesticht Voorburg te Vught, maar kwam terug naar Soest waar zij op 1 april 1937 is overleden. Teus van Roomen werd ruim 91 jaar oud en overleed op 7 juni 1956.

De op-één-na-jongste zoon was Piet van Roomen (1871-1939). Hij kwam in 1910 vanuit Leusden naar de Birkt in Soest met zijn vrouw Jannetje van Dijk (1876- 1938) en drie kinderen Anna (1905-1991), Jan (1907-1983) en Wim (1909-1944). In de Birkt werden nog eens drie kinderen geboren, namelijk Henk (1911-1979), Jo (1913) en Truus (1915). Aanvankelijk huurden zij een boerderij van de familie Hilhorst (vroeger Birkstraat 65, naast de kaasboerderij). In 1936 verhuisde het gezin naar Birkstraat 79, een boerderij van de familie Van den Bremer.

Van de kinderen van Piet van Roomen bleef uiteindelijk alleen de oudste zoon Jan van Roomen in de Birkt wonen. Hij was op meerdere plaatsen boerenknecht, het laatst op de boerderij Graswijk (Birkstraat 115 ca.) bij de ongetrouwde zusters Trijntje en Geertje Kok. Jan trouwde in 1941 met Cor van Hofslot (1912-1997). Na het overlijden van Geertje in 1963 kocht Jan de boerderij van haar erfgenamen. Thans wordt Graswijk bewoond door hun jongste zoon Adriaan van Roomen. Henk van Roomen, de jongste zoon van Piet van Roomen, dreef een melkhandel in de Nieuwstraat. Zijn pand was destijds één van de eerste huizen in die buurt.

De ongehuwd gebleven jongste zoon Hendrik van Roomen (1873-1941), woonde enige tijd bij zijn broer Piet in de Birkt, maar overleed in Hamersveld.

Van het zesde kind Toon van Roomen (1867-1945), landbouwer op Groot Wijnbergen te Asschat onder Leusden, woonde de oudste dochter Anna van Roomen (1909-1991) ook te Soest. Zij was gehuwd met Wous van Logtestijn, landbouwer aan het Kerkpad ZZ 3 en later woonachtig op Molenstraat nr. 13. Haar jongste zuster Bertha van Roomen (1918), werd na haar huwelijk met Piet Kok (1912- 1997), landbouwer aan het Kerkpad 7, haar buurvrouw.

NOTEN
[1] GAS, Oud archief, invnr. 124, Zettingen van het huisgeld over 1644-1645
[2] GAA, Notarieel archief, invnr. AT048 a010 (notaris Vogelensang), akte 1789-41, Verdeling d.d. 12.5.1789
[3] Bewijs van eigendom van een kalkover en annexe lesschuur en gronden, staande en gelegen aan de Groote Melm in de gemeente Soest t.b.v. Peter van Roomen, landman te Soest, d.d. 3 januari 1852. Notaris Johan Albert van Steijn te Soest (particuliere collectie)
[4] RAU, Dorpsgerechten, invnr. 1912, fol. 17vs, acte van indemniteit d.d. 28.1.1779.
[5] RAU, notarieel archief, invnr. 421, akte 3330, scheiding van de boedel van Pieter van Romen en Antje Wilhelmusse van Logtenstein d.d. 16.3.1683, Notaris H Pen te Baarn.
[6] Acte van scheiding d.d. 18 mei 1892, Notaris Cambier van Nooten te Baarn (particuliere collectie)
[7] Bewijs van eigendom d.d. 11 maart 1921 voor den heer W Soest.. Notaris H.W. Prillevitz te Soest (particuliere collectie) Bewijs van eigendom d.d. 11 maart 1921 voor den heer Wilhelmus Gerardus van Roomen, landbouwer te

Geraadpleegde bronnen en literatuur:
Bijdragen (mondelinge overleveringen en materiaal) van fam. C.N. van Logtenstein-van den Breemer, fam. A.A.M, van Roomen-van Esveld, fam. W.W. van Roomen-de Bruin, dhr. GW. van Roomen, allen te Soest en mw C.R.M. Rigter-van Roomen te Eemnes en dhr. G Hilhorst te Amersfoort (Historische Kring Hoogland), waarvoor onze dank.

Documentatie m.b.t Soester families, aanwezig in het archief van de werkgroep Genealogie, in het bijzonder de collectie van de voormalige, niet-officiëie werkgroep 'Eemiand.

Doop-, trouw- en begraaf boeken, Burgerlijke Stand, Bevolkingsregisters en Adresboeken van Soest en omringende plaatsen.

W. ter Haar, Soester Politiehistorie Soest 1990

Engelbert Heupers, Soest in grootvaders tijd, Den Haag 1975.

Engelbert Heupers, Soest bij kaarslicht en tuitlamp, Den Haag 1978.

Nederlands Repertorium van Familienamen (1947). Diverse delen.

Contact

Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest




De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.

Word lid

Lid worden van de Historische Vereniging Soest-Soesterberg.

Lid worden

Sponsor

Historische Vereniging Soest / Soesterberg is mede mogelijk gemaakt door:

Reto