Evert Akkerman de petroleumventer

Evert Akkerman de petroleumventer.

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

Bakkersfamilie Van den Oord voor hun winkel aan het Kerkpad. (1925)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

10 jarig bestaan van rijwielhandel en autoverhuur Klomp. (1935)

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Firma A. Benning aan de F.C. Kuyperstraat.

Wandel- en Rijwielkaart. (1938)

Wandel- en rijwielkaart. (1938)

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels

Valkenet, smidse, winkel in haarden en kachels 1935

Patatautomaat Koninginnelaan

Patatautomaat Koninginnelaan jaren '60

Noodsupermarkt Overhees

Noodsupermarkt Overhees 1976

Bevrijdingsoptocht 1955

Bevrijdingsoptocht 1955; wagen Gymnastiekvereniging Olympia

Menu

De familie Van Hofslot deel 2

G.J.M. Derks m.m.v. Ton Hartman

Vorig artikel
De familie Van Hofslot deel 1

Volgend artikel
De familie Van Hofslot deel 3

In het vorige nummer zijn de oudste generaties behandeld; in dit en het hierop volgende nummer komen de jongere generaties aan bod. Alle nog levende leden van de familie Van Hofslot stammen af van de broers Gerrit van Hofslot (1817- 1896) en Arie van Hofslot (1821-1892). Beide broers vonden hun bruid op de even verderop in de Birkt richting Amersfoort gelegen boerderij 't Lange Huijs: Gerrit trouwde in 1857 met Marretje Wantenaar (1832-1866) en Arie in 1853 met haar oudere zuster Maria Wantenaar (1829-1915). Dit waren twee huwelijken tussen achterneef en achternicht: de grootmoeders Aaltje van Hofslot-van Doom en Maria Wantenaar-van Doorn waren zusters! Gerrit en zijn nakomelingen - "De Hofslotten van Hinlopen" - worden in dit nummer behandeld. In de volgende en laatste aflevering komen Arie en zijn nageslacht aan de orde ("De Hofslotten van Vosseveld").

Gerrit van Hofslot en Marretje Wantenaar

Gerrit ofwel op zijn Soesders" Gart" van Hofslot (1817-1896) was de tweede zoon van Peter van Hofslot en Cornelia Stalenhoef. Hij werd landbouwer op Hinlopen en was alweer de vijfde generatie van deze familie die hier boerde. Voor zijn huwelijk was hij boerenknecht, zoals de meeste Soester boerenzoons. Voor het boerenwerk was het niet verkeerd een tijdje onder een vreemde heer te dienen. In 1836 - hij was toen 18 jaar oud - werd hij gekeurd voor de Nationale Militie (militaire dienst). Uit het daarbij horende signalement blijkt ondermeer dat hij blond haar en blauwe ogen had, terwijl bij de "merkbare teekenen" het woord "sproetig" is ingevuld! Bij de loting kreeg hij het ongeluksgetal 13 toegewezen, hetgeen hem tot de dienst verplichtte. In die tijd lieten de rijke Soester boerenzoons zich echter doorgaans tegen betaling vervangen door andere jongemannen, veelal afkomstig uit minder draagkrachtige gezinnen. Ook voor Gerrit werd dit zo geregeld.

Gerrit bleef na het overlijden van zijn vader achter met zijn vrijgezelle zuster Grietje. Hij trouwde enkele maanden voor zijn veertigste verjaardag met zijn bijna 15 jaar jongere achternichtje Marretje Wantenaar. Gerrit en Marretje kregen tussen 1858 en 1865 zes kinderen. Daarvan werd de jongste dochter Gijsbertha genoemd, naar Gerrit's één jaar eerder overleden zuster Gijsbertha van den Deijssel-van Hofslot. Dit kind werd overigens maar ruim vier maanden oud. Op 17 maart 1866 overleed Marretje, daags voor haar 34e verjaardag. Gerrit bleef achter met vijf kleine kinderen: Kee, Jansje, Willem, Aaltje en Nelletje respectievelijk 7, 5, 4, 3 en 2 jaar oud. Zijn schoonzus Lijsje Wantenaar kwam het moederloze gezin enige tijd bijstaan.

Hoe ging het verder met het gezin op Hinlopen? Aangezien vader Gerrit niet meer hertrouwde zal hij met behulp van familie, meiden en knechten zijn gezin en bedrijf draaiende hebben gehouden. Zelf vond hij vanaf ca 1869 de tijd om als raadslid deel uit te maken van het gemeentebestuur. Hij bleef dit ruim 20 jaar. In 1878 kocht hij van de familie Wolff het westelijke deel van de naast zijn boerderij gelegen landerijen van de in 1877 afgebrande buitenplaats Hofslot, inclusief het voormalige koetshuis.[20]

De jongste dochter Nelletje overleed in 1883, ruim 19 jaar oud. Jansje van Hofslot (1861-1914) trouwde in 1884 met haar achterneef Piet Hilhorst, alias Piet van Riek. Zij werd moeder van veertien kinderen en grootmoeder van wel 92 kleinkinderen. Geen wonder dat de Piet-van Rieken-familie in, maar ook buiten Soest zo bekend was en nog altijd is. Piet en Jans boerden aanvankelijk op Middelwijk (Kerkpad Zz 67), maar verhuisden in mei 1912 naar Jonkershofstede (Lange Brinkweg 52), herbouwd in 1906. Jansje werd slechts 52 jaar oud en overleed in maart 1914 aan de gevolgen van een verwaarloosde kou. Haar oudste zuster Kee van Hofslot  (1858-1951) trouwde in 1886 met Piet van Roomen. Ook dit was een huwelijk tussen achternicht en achterneef! Zij boerden aanvankelijk op de Grote Melm, later op de boerderij op de hoek van de Raadhuisstraat en het Kerkpad Nz.

Gerrit van Hofslot bleef achter op Hinlopen met zijn zoon Willem en dochter Aaltje. Intussen liet Gerrit nabij het koetshuis van Hofslot een nieuwe boerderij bouwen, door het aannemersbedrijf van Hermanus van Schadewijk van de Korte Brinkweg. In de voorgevel is een gedenksteen geplaatst met de tekst: "De eerste steen gelegd door G. van Hofslot oud 73 jaar den 18 juni 1891". Mogelijk waren alle veranderingen wat teveel van het goede voor dochter Aaltje: zij vertrok in maart 1892 naar Rosmalen, vermoedelijk om daar verpleegd te worden.

De Hofslotten, dat wil zeggen vader Gerrit met zijn zoon Willem, inmiddels getrouwd met Antje Kuijper, betrokken de nieuwe boerderij in het voorjaar van 1892. Tot op heden heeft niemand ons kunnen vertellen waarom zij de voorvaderlijke boerderij - dan al ruim 200 jaar bewoond door de Hofslotten - verruilden voor de nieuwgebouwde boerderij op Hofslot. Bij de scheiding. van de boedel werd Hinlopen toebedeeld aan dochter Jansje en haar man.[21] Zij verkochten de boerderij nog datzelfde jaar aan zijn zwager en zuster Aart Kok en Nelletje Hilhorst, waarmee "de Kokken" hun intrede deden op Hinlopen.[22] Dochter Aaltje van Hofslot was in maart 1893 vanuit Rosmalen teruggekeerd naar Soest. Zij woonde nog ruim zes jaar bij het gezin van haar broer Willem en overleed in oktober 1899, bijna 37 jaar oud. Vader Gerrit werd 78 jaar en overleed op nieuwjaarsdag 1896.

Willem van Hofslot en Antje Kuijper

Willem van Hofslot (1860-1945) was in Soest beter bekend als "Willem van Garr. Hij trouwde in januari 1892 met Antje Kuijper (1867-1949), dochter van Frans Kuijper en Nelletje van Roomen van het Kerkpad Nz. Voor haar neven en nichten was zij "Ante-meu".

Willem van Gart was in Soest een boer van enig aanzien. De nieuwe boerderij op Hofslot werd met bijna 15 ha land zijn eigendom bij de boedelscheiding in 1893. In Soest was hij een van de boeren met een eigen stier. Willem was ook betrokken bij de oprichting van de Soester Boerenleenbank op 9 januari 1906. Hij was de eerste secretaris van het bestuur en bleef dit tot in 1934. Na veertig jaar bestuurslid te zijn geweest bedankte hij met ingang van 1 januari 1946 wegens ziekte en hoge ouderdom. Op 83-jarige leeftijd kon hij blijkens enkele bewaard gebleven brieven nog vlot met de pen overweg! Nadat zoon Frans in 1935 de boerderij overnam vertrokken Willem en Antje naar een burgerwoning aan het Kerkpad Zz 23, dichtbij de Korte Middelwijkstraat. De laatste jaren van hun leven brachten zij door op Nieuw-Mariënburg.

Willem en Antje hadden zes kinderen, twee zoons en vier dochters. De twee oudste dochters verlieten als eersten het ouderlijk huis. Nel van Hofslot (1895- 1989) trouwde in 1924 met Piet Kuijer (1889-1984), landbouwer in De Slaag te Hoogland. Beiden zijn op Molenschot in Soest overleden. Mart van Hofslot (1900-1963) trouwde in 1925 met Gijs Hilhorst (1887-1971), landbouwer aan de Langesteeg te Hamersveld.

De oudste zoon Gart van Hofslot (1893-1984) was volgens zijn bidprentje klein van stuk maar sterk van lichaam en geest. Voor zijn huwelijk vervulde hij zijn militaire dienstplicht. Gart trouwde in 1930 met Bartje Voskuilen (1902-1979) uit Stoutenburg. Haar ouders - Gijsbertus Voskuilen en Rijkje van den Heuvel - boerden daar op het erf Strijdhorst. Voor Gart werd in 1929-1930 een nieuwe boerderij gebouwd aan de Peter van den Breemerweg nr. 15, destijds nog Zwarteweg. De boerderij kreeg de naam "Willems's Hoeve", naar de vader van Gart. De bouw werd verzorgd door aannemer Chr. Uijland. De stenen werden per boot over de Eem aangevoerd en gelost bij de Kleine Melm. Het complex omvatte behalve de boerderij ook een varkensschuur, wagenloods en een vijfroedige hooiberg. Gart had er gemiddeld zo'n 15 melkkoeien, de nodige varkens en 100 a 150 kippen. Het gezin telde vier kinderen, drie zoons en een dochter.

Zoon (Gijs)bertus (1933) overleed in 1947 in het R.K. St. Elizabethziekenhuis in Amersfoort aan de gevolgen van een blindedarmontsteking. In de jaren zestig nam zoon Johan (1937) de boerderij over. Op 26 april 1974 brandde het achterhuis geheel af, terwijl ook het woonhuis schade opliep. Johan verplaatste zijn bedrijf naar de A.P. Hilhorstweg. Gart en Bartje woonden nadat zij de boerderij verlieten aan het Kerkpad Nz nr. 42, ter hoogte van de pannenkoekenboerderij. Gart bracht zijn laatste levensjaren door op Molenschot.

Bet van Hofslot (1901-1979) trouwde in februari 1927 met Jan Brouwer (1905- 1991), landbouwer en veehandelaar op het erf Netelenburch aan het Zuidereind te Baarn. Volgens de familieoverleveringen werd het weer op de dag van de bruiloft zo slecht dat een deel van de gasten min of meer noodgedwongen moest blijven overnachten op de boerderij "Hofslot". In allerijl werden slaapplaatsen ingericht en de bokken en geiten van elkaar gescheiden. Ook het bruidspaar ontkwam niet aan deze maatregel. Toen het huwelijk van zijn dochter kinderloos bleef, mijmerde Willem van Hofslot op zijn oude dag wel eens dat dit wellicht het gevolg was van de verstoorde huwelijksnacht!

Op Netelenburch is de naam van Bet nog terug te vinden op een gedenksteen in de bij de boerderij staande schuur. Deze schuur werd in oktober 1940 herbouwd, nadat de oude schuur ten tijde van de oorlogsdreiging begin 1940 moest verdwijnen omdat deze in het schootsveld stond. Hoewel Jan Brouwer van het goede leven hield en graag een borrel dronk, nam hij zijn verantwoordelijkheid wel. Gedurende de oorlogsjaren was hij zeer aktief in het verzet. Zo was hij hoofdverspreider van illegale lectuur als Het Parool, Vrij Nederland, Trouw, Oranjekrant, De Waarheid en Je Maintiendrai en was hij onder andere betrokken bij een wapendropping en een overval op het Soester distributiekantoor. Op 2 augustus 1943 werd hij echter opgepakt en samen met zijn vrouw naar het concentratiekamp gebracht. Uit die tijd zijn enkele brieven bewaard gebleven, waaruit onder meer blijkt dat haar moeder Antje Kuijper destijds zwaar ziek was en bediend. Bet werd enkele maanden later vrijgelaten en kwam op 23 december vanuit het kamp in Vught naar huis. Jan verbleef bijna twee jaar in Duitse concentratiekampen en arriveerde - broodmager van alle doorstane ontberingen - op 19 juli 1945 in Soest. Voor zijn vele verdiensten tijdens de oorlogsjaren werd hem het Verzetsherdenkingskruis uitgereikt. Na de oorlog pakte hij het boerenwerk en de veehandel weer op, maar het ging hem niet voor de wind. De door alle omstandigheden wellicht wat verwaarloosd geraakte eeuwenoude boerderij werd in 1951 verkocht aan de familie Van den Hengel.

Jan en Bet vestigden zich toen aan de Lange Brinkweg 12 in Soest, van waaruit hij zijn veehandel voortzette. Toen de Gemeente Soest rond 1975 het slachthuis wilde afstoten nam Jan de exploitatie over; hij had toen al de leeftijd dat de meeste mensen het rustig aan doen. Tot op hoge leeftijd bleef hij betrokken bij de handel. Hij overleed in 1991. Aan het leven van Bet was al in september 1979 een abrupt einde gekomen door een noodlottige val van het balkon.

De jongste dochter Kee van Hofslot (1902-1998) trouwde in 1931 met Anton van Daatselaar (1901-2002) van Groot Krakhorst in Hamersveld. Anton en Kee boerden aanvankelijk op "Elk Plezier" aan de Zwarteweg in Leusden, maar verhuisden omstreeks 1949 naar "De Beek" onder Asschat. Anton en Kee hadden een gezin met negen kinderen. Beiden werden hoogbejaard; zij waren maar liefst 67 jaar getrouwd. Kee werd 95 jaar en overleed in mei 1998; Anton werd zelfs 100 jaar en is in maart 2002 overleden.

Zoon Frans van Hofslot (1898-1953) bleef thuis op de boerderij. Hij trouwde in 1935 met Marie Mocking(1902-1973) uit Cothen. Beider vaders kenden elkaar van de veemarkt in Utrecht en langs deze weg moet het eerste contact zijn gelegd. Frans en Marie kregen drie kinderen, waarvan de jongste zoon Cornelis (1941) maar twee dagen heeft geleefd. Toen vader Frans overleed was de oudste zoon Wim (1937) nog maar net 16 jaar oud. Samen met zijn moeder en zuster Sien wist hij het bedrijf draaiende te houden met behulp van de familie en een knecht. Wim en Sien zijn beiden in 1961 getrouwd. Wim van Hofslot heeft toen de ouderlijke boerderij overgenomen. Hij had de eerste koe in Soest die een levensproduktie van 100.000 kilogram melk wist voort te brengen!

NOTEN: (GAA=GEMEENTEARCHIEF AMERSFOORT)

[20]. GAA, NOTARIEEL ARCHIEF, INVNR. AT056H017 (NOTARIS G.A. VAN WERKHOVEN), AKTE 1988, VERKOOPDD8.11.1878.
[21]. GAA, NOTARIEEL ARCHIEF BAARN, INVNR. 483 (NOTARIS F. PEN), AKTE 1724, BOEDELSCHEIDINGDD 27.05.1893.
[22]. GAA, NOTARIEEL ARCHIEF BAARN, INVNR. 483 (NOTARIS F. PEN), AKTE 1800, VERKOOPDD 30.12.1893.

Contact

Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest




De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.

Word lid

Lid worden van de Historische Vereniging Soest-Soesterberg.

Lid worden

Sponsor

Historische Vereniging Soest / Soesterberg is mede mogelijk gemaakt door:

Reto