Gerrit Dorresteijn

Mini-biografie gemaakt door leerlingen groep 8 van de 2e Van der Huchtschool te Soest

In de eerste maanden na de inval van het duitse leger waren de meeste mensen nog erg voorzichtig in het uiten van verzet. Kleine pogingen van verzet waren bijvoorbeeld een rode, witte en blauwe handdoek aan de waslijn hangen of wegwijzers omdraaien zodat de Duitsers zouden verdwalen.

De tekenen van verzet groeiden echter en ook in Soest was dat het geval.
In cafe"s kwam het bijvoorbeeld regelmatig tot ruzies en gevechten tussen Duitse militairen en Soesters. En in de winter van 1940-1941 werden er regelmatig ruiten ingegooid bij NSB-ers. Dit gebeurde zo vaak dat de gemeente Soest alle reparatiekosten moest betalen van de Duitsers.
Toen in juni 1941 ook in Soest de eerste borden werden geplaatst waarop stond "Joden niet gewenst", werd al snel het woord "niet " doorgestreept.

Het eerste slachtoffer van de Duitsers in de gemeente Soest viel op 25 juli 1941. Toen op het Nieuwerhoekplein bij een N.S.B.-er weer een ruit werd ingegooid, werd er ingegrepen door de Duitsers. Gerrit Dorresteijn was bezorger voor een apotheek en op dat moment toevallig op het Nieuwerhoekplein. Hij hoorde glasgerinkel en ging uit nieuwsgierigheid kijken. De Duitsers zagen hem als dader en schoten hem direct dood.

Bij zijn begrafenis waren enkele bewoners aanwezig uit de Molenstraat. Daar woonde Gerrit. Ook was de voorzitter van ‘Be Quick’ er bij. Dat was de voetbalvereniging waar Gerrit lid van was. Namens de politie was inspecteur Schreuder er. Hij werd zelf in november 1942 in concentratiekamp Neuengamme ook doodgeschoten.

Gerrit Dorresteijn is maar 19 jaar geworden en ligt begraven op het ereveld in Loenen.