Zwaan (De)

Locatie: Kerkpad Noordzijde 25, Soest.

Boerderij tevens herberg in het verleden ook wel bekend als De Witte Swaen.

Akte datum 3 juni 1664 waarin comparanten Neeltgen Thijmans (voor haarzelf en als weduwe en boedelharster van Jan Philipsz.) en haar zoon: Thijman Jansz (voor hemzelf en als man en voogd van Marritgen Henricxdr. waarbij hij geboorte heeft)(beiden wonende tot Soest). De comparanten machtigen Steven Cornelis. (gerechtsbode van Soest), om in hun naam te compareren voor Schout en schepenen van het Gerecht van Soest, en daar te erkennen dat zij 500 Carolus gulden schuldig zijn aan Henrick van Dolre (borger en brouwer binnen Amersfoort), inzake geleverde bieren. Neeltgen Thijmans, weduwe voornoemd, zal jaarlijks een losrente betalen van 22 gelijke guldens en 10 stuivers, maar bij betaling binnen 6 maanden na de verschijndag mag zij volstaan met 20 Carolus gulden.
Tot onderpand stellen zij:
- hun huysinge, hoff en hofstede met de annexe kamers, daar de Witte Swaen uithangt, gelegen aan het voetpad te Soest;
- een campgen land, gelegen voor deze huysinge aan het voetpad;
- met een campgen land aan het eind van voornoemd campgen, gelegen op de Soeser Engh over de Dodewech, een "halff mudde gesaeij landts" groot;
- en al hun overige roerende en onroerende goederen.

Een volgende eigenaar/bewoner was Willem Petersz van Roomen, hij werd in Soest ook wel Willem Tijmen Toonen genoemd, naar zijn stiefvader Tijmen Toonen van den Hoeven. In 1748 trouwde hij met Jannetje Teunissen van Dorresteijn, afkomstig van een boerderij aan het Lange End (waarschijnlijk omgeving huidige Korte Brinkweg).
Een jaar na zijn huwelijk kocht Willem van Roomen van Albert Gijsbertse Broek diens herberg De Witte Zwaan. Zo werd Willem herbergier wat hem in Soest de bijnaam "Willem Peterse Waard" bezorgde. In 1752 liet hij het pand aanmerkelijk verbeteren, waarvan de muurankers in het voorhuis nog getuigen. In 1762 was hij een van de rotmeesters van Soest. Behalve herbergier was Willem ook boer en hield hij een behoorlijk aantal koeien. Bij de runderpest van 1769-1770 stierven zes van zijn negen runderen.
Willem van Roomen overleed voor 12 april 1775; de precieze overlijdensdatum is nog niet bekend. Zijn weduwe Jannetje van Dorresteijn overleed vermoedelijk tussen 12 april en 1 1 augustus 1775.

Bron:

Archief Eemland: notariële archieven; volmacht: 03-06-1664 (ouden stijl) notaris R. van Ingen AT008 a002 folio 28 R 
De familie Van Roomen te Soest I, door G.J.M. Derks, gepubliceerd in Van Zoys tot Soest, winter 1997.