TWEE EEUWEN HISTORIE SOEST EN SOESTERBERG GEBUNDELD
Het was niet gemakkelijk, maar het kan. De bijna volledige historie van Soest in de 17e en 18 e eeuw in één boekwerk samengebracht. En Soesterberg dan? Dat heette in de 18e eeuw nog ‘achter den Bergh?’ Maar Soesterberg staat wél in dat boekwerk beschreven, en hoe?
Nog nooit is er in één boekwerk zo veel historie bij elkaar gezocht en beschreven dan in de bijzondere uitgave van de Historische Vereniging Soest/Soesterberg: Soest in de zeventiende en achttiende eeuw.
Vrijdagmiddag 12 november 2010 werd het boek officieel gepresenteerd en werd het eerste exemplaar uitgereikt aan burgemeester A. Noordergraaf. Het boek is te koop bij de gerenommeerde boekhandel, zoals van De Ven en de Plantage in Soest. Het boek is tijdens de openingstijden ook te koop in het museum Oud Soest .
De presentatie van het boek was al een gebeurtenis op zich. Met de origineel geheel gerestaureerde Utrechtse tentwagen van het Museum Oud Soest werd de ‘historie opgehaald bij de Oude Kerk’, waar veel van de historie van Soest zijn oorsprong heeft. Met de auteurs in de wagen en tussen hen in de eerste honderd exemplaren trokken zij richting het museum Oud Soest. Het boek is zeer royaal geïllustreerd en omvat bijna driehonderd pagina’s. Geen klein dik boekje dus, maar op fors A4-formaat.
De auteurs zijn Gérard Derks en Mieke Heurneman, die zeer veel en grondig onderzoek hebben moeten verrichten om de 17e en 18e eeuw van Soest in beeld te brengen. Het bestuur van de Historische Vereniging prijst zich gelukkig dat het boek kon worden uitgegeven.
Door de inzet van velen is de prijs van het boek voor zo’n bijzondere uitgave beperkt gebleven. Vaste verkoopprijs € 29,95.
Zonder meer een prachtig exemplaar om te hebben maar bijvoorbeeld ook om cadeau te geven.
Hier een verwijzing naar de inhoudsopgave van het boek Soest in de zeventiende en achttiende eeuw.
Het boek is inmiddels uitverkocht.
Foto: J. Piekema
Soester Courant 14 december 2011
Geschiedschrijver Gérard Derks heeft in najaar 2010 samen met Mieke Heurneman het boek Soest in de 17e en de 18e eeuw geschreven, in opdracht van de Historische Vereniging Soest /Soesterberg (HVS). In 2011 wonnen Derks en Heurneman met het boek onder andere de Cultuurprijs Soest 2010. Derks schreef het leeuwendeel van het dikke, rijk geïllustreerde boek. Ook het samenstellen van namenlijsten van onder andere schouten, gildebestuursleden, armmeesters en kerkmeesters getuigt van monnikenwerk. Hoe heeft een Arnhemmer zo’n fascinatie voor Soest gekregen? Het woord is aan hem.
Zijn interesse in Soest groeide door verschillende zaken. Zijn halve familie woont in Soest; niet zo vreemd, want zijn moeder, Corrie van Logtestijn, is een geboren Soesterse. Met grootouders Gart van Rijk van Wouter (van Logtestijn) en Kee van Piet van Riek (Hilhorst) is het voor ingewijden wel duidelijk dat Derks afstamt van de oude Soester boerenfamilies.
In zijn jeugd ging hij in de vakanties samen met zijn broer logeren op de boerderij van zijn oom en tante, gelegen aan de krommert (kromming, scherpe bocht) in de Peter van den Breemerweg. Zijn oom heette in de volksmond “Arie Krommert”. Zo’n bijnaam was wel handig want er waren in Soest meerdere personen met de naam Arie van den Breemer. Nu heeft een ballonvaarder zijn bedrijf op die boerderij. Derks werd op deze manier en door de familieverhalen goed bekend met Soest. Hij werd nieuwsgieriger en wilde er meer van weten.
Derks’ interesse in stambomen en genealogie is ontstaan door de namen en historische verhalen van zijn eigen familie. Op welke boerderij woonde dat familielid en wat was hun relatie met de andere boerenfamilie? Na vele jaren onderzoek heeft Derks van de meeste oude Soester boerderijen de namen van de elkaar opvolgende eigenaren en bewoners in kaart gebracht.
Namen van eeuwen geleden in zijn stamboom van moederszijde zijn Hilhorst, Kok, Van Hofslot, Wantenaar, Van Roomen, Stalenhoef, Van den Breemer, De Beer en Schouten. De meeste namen zijn nu nog bekend in Soest. Vanaf de vroege 18e eeuw komt de naam Van Logtensteijn voor het eerst voor in Soest. De honkvastheid van de Soester families verklaart Derks uit het feit dat het boerenfamilies waren met veel grondbezit. Deze families bleven bij hun bezit wonen.
De rijke boeren van het Kerkpad hadden percelen die samen reikten van de Eem, over de Eng tot aan de Wieksloterweg. Men kon dus over eigen grond van de ene kant van Soest tot de andere kant lopen. De landerijen in de Eempolder waren weide- en hooigronden, op de Eng oogsten de boeren van hun akkers en in het Soesterveen had men inkomsten uit de turfwinning. Men spreekt met recht over grootgrondbezit.
In de Birkt zijn de boerderijen aan de noordzijde van de Birkstraat, de Eemzijde, in het algemeen van oudere oorsprong dan de boerderijen aan de zuidzijde, de duinzijde. De woeste gronden ten zuiden van de Birkstraat zijn namelijk later ontgonnen. Ook de buitenplaats Heuvel en Daal, later Vosseveld, ontstond in het midden van de zeventiende eeuw na de ontginning van heidegronden, daar waar zich nu onder andere de Bartolottilaan in Soest-Zuid bevindt. Op de heide werden door de Soester boeren plaggen gestoken en ook graasden er de schapen. De meeste grote boeren hadden vroeger een eigen schaapskudde.
Zij konden doorgaans ook lezen en schrijven en kwamen zodoende binnen de bestuurselite van Soest. De grote boeren zaten dus in het dorpsbestuur. Dit waren vanouds hoofdzakelijk de Rooms-katholieke boeren. Om in een dorpsbestuur te functioneren, was lezen en schrijven wel gewenst, zo niet noodzakelijk.
Hoe de verhoudingen tussen katholieken en protestanten in de 17e eeuw precies waren, is niet geheel duidelijk. Zo was Meijns (van Clemens) Evertsz Hilhorst protestant en zelfs diaken, doch zijn kinderen trouwden later allen katholiek. De vraag komt dan ook naar boven in welke mate Meijns Evertsz Hilhorst werkelijk protestants was. In die eeuw konden protestanten overigens ook lid van het later overwegend katholieke Groot Gaesbeeker Schuttersgilde zijn. Men leefde naast elkaar zonder opmerkelijke twisten.
Dit veranderde in de loop van de 18e eeuw toen de dominees de lidmaten van de protestante kerk verboden nog langer deel te nemen aan de “afgodische” gildefeesten. Ook op het gebied van de armenzorg werden de scheidslijnen scherper getrokken. Vanaf 1780 zorgden de katholieken zelf voor de armen uit eigen kring. Dit had alles te maken met geld: een groot deel van het benodigde kapitaal voor de ondersteuning van de Soester armen was namelijk direct of indirect afkomstig van de rijke katholieke families en zij vonden het niet wenselijk dat het geld vooral ten goede kwam aan het in de loop van de achttiende eeuw sterk groeiende aantal protestante armen.
Dankzij een legaat aan de historische vereniging kon de geschiedschrijving van een minder gedocumenteerde tijd van Soest een flinke impuls krijgen. Als sociaal geograaf en planoloog en als bekend publicist van artikelen over Soest werd Derks voor de klus gevraagd. Mieke Heurneman van Landschap Erfgoed Utrecht schreef het hoofdstuk ‘Bestuur’, hetgeen aansloot op het lopende onderzoek naar de bestuurselite in de provincie Utrecht. Gérard Derks kon na dertig jaar informatie over Soest verzamelen de Soester geschiedenis van de 17e en 18e eeuw bundelen en opschrijven voor een groter lezerspubliek.
De HVS denkt aan een vervolg op het boek, nu voor de negentiende eeuw. Derks zal ook daarvan waarschijnlijk wel een deel voor zijn rekening nemen. Er zijn interessante onderwerpen te beschrijven, zoals de verbetering van de infrastructuur door de aanleg van de rijkswegen en de spoorwegen. Ook het ontstaan van een groot aantal nieuwe buitenplaatsen in Soest in die tijd zal aan de orde kunnen komen. 2012 is het Jaar van de Historische Buitenplaats. Over zaken in de 19e eeuw is meer gedocumenteerd dan in vorige eeuwen.
Een ander, mede door Derks geïnitieerd project van de HVS is het documenteren van het leven en werk van de Soester fotografen J. Ebbenhorst & Zoon, die reeds omstreeks 1860 begonnen met het fotograferen van dorpsgezichten en bijzondere gebouwen in Soest en omgeving. Ook hebben zij talloze portretfoto’s gemaakt. Ebbenhorst & Zoon brachten het tevens tot hoffotograaf van Prins Hendrik der Nederlanden (Hendrik de Zeevaarder) en maakten al rond 1865 prachtige interieur- en exterieurfoto’s van paleis Soestdijk. Door hun relatief vroege werk - zeker voor het platteland - zijn zij tevens van belang voor de geschiedenis van de Nederlandse fotografie. Derks heeft inmiddels, samen met andere leden van de werkgroep genealogie / lokale geschiedenis, al vele tientallen foto’s gedocumenteerd.
Derks is in het dagelijks leven adviseur cultuurhistorie bij het Gelders Genootschap. In het verleden is in Soest helaas veel cultuurhistorisch erfgoed verloren gegaan. Zo is het agrarische karakter van het Kerkpad en de Brink geleidelijk aan verloren gegaan. De open ruimten bij de boerderijen zijn volgebouwd en van de mooie, oude gebouwen is vaak weinig meer zichtbaar als gevolg van de veel te hoge hagen aan het Kerkpad.
Desondanks is de Soester ontstaansgeschiedenis en de wijze waarop het dorp in elkaar zat, nog af te lezen van tal van bijzondere gebouwen en plekken, die men moet blijven koesteren. Nieuwe wetgeving moet daarbij helpen: vanaf 1 januari 2012 moeten gemeenten cultuurhistorie in hun bestemmingsplannen verankeren. Het boek Soest in de zeventiende en achttiende eeuw kan daarbij van grote dienst zijn: het bevat immers vanuit cultuurhistorisch oogpunt een grote hoeveelheid interessante informatie!
Mieke Heurneman studeerde aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Zij specialiseerde zich in Cultuureducatie en Cultuurstudies in de 18e en 19e eeuw. Ze is medewerker Educatie bij Landschap Erfgoed Utrecht. In haar werk speelt de regionale geschiedenis van de provincie Utrecht een rol. In dat kader deed ze ook een onderzoek naar de bestuurders in Soest. Ze is ook actief als freelance historicus en heeft diverse boeken en artikelen gepubliceerd. Werken van haar hand zijn Waard om te weten. Leemtelijst geschiedschrijving provincie Utrecht, De Utrechtse wijken en Het Amersfoort-boek 1259-2009.
Gérard Derks is in 1963 in Veghel geboren als middelste kind in een gezin met een oudere broer en een jongere zus. Hij heeft Sociale Geografie en Planologie gestudeerd aan de Katholieke Universiteit in Nijmegen. Hij is werkzaam als adviseur cultuurhistorie bij het Gelders Genootschap te Arnhem. Hij is actief lid van de Historische Vereniging Soest / Soesterberg waarvoor hij ook lezingen heeft gehouden. In haar tijdschrift Van Zoys tot Soest heeft hij vele artikelen geschreven. Voor het museum Oud Soest heeft hij meegewerkt aan diverse tentoonstellingen.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.